Skip to main content
Skip table of contents

Taaktemplates & eigenschappen

Algemene taakeigenschappen

Eigenschap

Beschrijving

ID

Unieke referentie voor deze taak.

Naam

Gebruiksvriendelijke naam voor deze taak. Weergegeven in de workflow editor.

Asynchronous before

Zie asynchroniciteit.

Asynchronous after

Zie asynchroniciteit.

Exclusive

Enkel beschikbaar wanneer Asynchronous before en/of Asynchronous after ingeschakeld zijn. Zie asynchroniciteit.

Element documentation

Volledige beschrijving van het element als de Naam van het element onvoldoende informatie geeft. Daarnaast kan hier alle informatie worden ingevoerd die kan bijdragen aan het begrip van het element en zijn functie binnen de workflow.

Gebruikerstaak eigenschappen

Gebruikerstaak - Algemeen

Eigenschap

Beschrijving

Element template

  • Formulier: de gebruiker moet een formulier invullen.

  • Communicatie: de gebruiker moet een e-mail of een document beoordelen en/of bewerken.

  • Bevestiging: de gebruiker moet via een popup bevestigen dat het proces verdergaat.

Als je een optie selecteert, worden andere eigenschappen zichtbaar die ook ingevuld moeten worden. Zie de tabellen hieronder voor een gedetailleerd overzicht.

Rollen of
Candidate groups

De taak kan alleen worden toegewezen aan gebruikers met de geselecteerde rol. Als deze niet is ingevuld, kan de taak worden toegewezen aan elke gebruiker in het systeem. Zie Gebruikerstaken toewijzen voor meer informatie.

Uitvoerder of Assignee

Vul een SUB van een gebruiker (rechtstreeks of via een procesvariabele) in als je de taak aan een specifieke gebruiker wilt toewijzen. Als beide zijn ingevuld, heeft de eigenschap Uitvoerder voorrang op de eigenschap Rollen. Zie Gebruikerstaken toewijzen voor meer informatie.

Candidate users

Zie tabblad Geavanceerd. Lijst van gebruikers die in aanmerking komen voor deze taak. De lijst wordt automatisch gegenereerd bij het uitvoeren van de workflow, op basis van de eigenschappen Uitvoerder of Rollen. Als configurator hoef je dit veld niet in te vullen.

Gebruikerslimiet

Maximum aantal taken (van dit specifieke element) dat kan toegewezen zijn aan een gebruiker op één bepaald moment. Zie Gebruikerstaken toewijzen voor meer informatie.

Opleveringsdatum (due date)

Datum waarop je verwacht dat de taak is voltooid. Dit kan een vaste datum zijn (bijv. 1 januari 2030), een berekende datum of datumexpressie (bijv. 10 dagen na de opstart van het dossier) of een periode of duurtijd (bijv. P14D: bij toewijzing krijgt de gebruiker 14 dagen om de taak te voltooien). De process engine houdt rekening met de opleveringsdatum om de prioriteit van de gebruikerstaken te bepalen. De opleveringsdatum wordt ook gevisualiseerd in de backoffice takenlijst. Standaard worden taken daar gesorteerd volgens opleveringsdatum waarbij taken met de oudste opleveringsdatum (hoogste prioriteit) bovenaan komen te staan.

Urgentiedatum (follow-up date)

Datum vanaf wanneer een taak als urgent wordt aangeduid in de backoffice takenlijst. Typisch zal deze datum vóór de opleveringsdatum liggen.

Optioneel

Een gebruikerstaak kan aangeduid worden als optioneel. Momenteel gebeurt dit door toevoeging van de input parameter isOptional: true.

Op de frontoffice dossierpagina komt deze taak dan onder de hoofding ‘Optionele dossieracties’ te staan.

In het backoffice dashboard is deze taak beschikbaar onder de ‘Acties’-knop.

Gebruikerstaak - Formulier (template)

Eigenschap

Beschrijving

Formuliernaam

Selecteer een formulierdefinitie uit de keuzelijst. Het is ook mogelijk om een nieuw formulier aan te maken door op de knop + Voeg formulier toe te klikken.

Standaard contextformulier

Formulier dat standaard als context getoond wordt (enkel in de backoffice). De backoffice medewerker ziet dan rechts het formulier dat hij of zij moet in vullen, terwijl links het geselecteerde contextformulier gevisualiseerd wordt. Dit is handig als de backoffice medewerker bij het vervullen van zijn formuliertaak (bijvoorbeeld aanvraag goedkeuren) input uit een ander formulier (bijvoorbeeld de aanvraag zelf) kan gebruiken. Indien deze parameter ingevuld is, kan de gebruiker ook alle andere formulieren en bijlages waarop hij leesrecht heeft, openen in context. Klik hier voor meer info over de backoffice beleving van een formuliertaak.

Form scope

Standaard staat dit ingesteld op Dossier. Andere opties zijn Proces of Task.

  • Dossier: er kan slechts één formulier van deze formuliertemplate aangemaakt worden binnen de scope van het dossier. Het is wel mogelijk om meerdere versies van hetzelfde formulier op te slaan.

  • Proces: er kan slechts één formulier van deze formuliertemplate aangemaakt worden binnen de scope van het proces. Als het proces meerdere keren herhaald wordt binnen het dossier kan je dus wel verschillende formulierinstanties (elk met eigen versionering) hebben.

  • Task: er kan slechts één formulier van deze formuliertemplate aangemaakt worden binnen de scope van de taak. Als de taak meerdere keren herhaald wordt binnen het proces kan je dus wel verschillende formulierinstanties (elk met eigen versionering) hebben.

Make form read-only after submitting

Standaard staat dit ingevuld op true. Dit betekent dat het formulier niet meer kan aangepast worden binnen dezelfde versie. Er kan wel nog een nieuwe versie van het formulier aangemaakt worden.

Label indienknop

Tekst die verschijnt op de indienknop van het formulier. Maak de tekst zo kort, beschrijvend en gebruiksvriendelijk mogelijk (bijvoorbeeld ‘indienen’, ‘bevestigen’, ‘bestellen’).

Formulier resultaatvariable

Definieer een procesvariabele waarbinnen de volledige inhoud van het dossier beschikbaar wordt gesteld. Voorbeeld: als het formulier drie velden bevat zoals Naam, Voornaam en Leeftijd, dan worden deze binnen de workflow aanspreekbaar als ${naamResultaatvariabele.naam}, ${naamResultaatvariabele.voornaam} en ${naamResultaatvariabele.leeftijd}.

Is deze taak annuleerbaar?

Standaard staat dit ingevuld op false. Indien true, dan krijgt de gebruiker de kans om de taak te annuleren.

Opgelet: deze annulatiefunctie is enkel van toepassing binnen de context van de frontoffice. Typisch wordt dit toegepast op de eerste taak binnen de flow (invullen van het aanvraagformulier). Als de gebruiker zich bedenkt en toch geen aanvraag wil indienen, kan hij annuleren en wordt het aangemaakte dossier ook niet gevisualiseerd, noch in de backoffice, noch in de frontoffice.

Gebruikerstaak - Communicatie (template)

Eigenschap

Beschrijving

Communication template key

Selecteer een communicatietemplate uit de dropdown lijst of vul de juiste key in.

Communication scope

Standaard staat dit ingesteld op Dossier. Andere opties zijn Proces of Task.

  • Dossier: er kan slechts één communicatie van deze template aangemaakt worden binnen de scope van het dossier. Het is wel mogelijk om meerdere versies van dezelfde communicatie op te slaan.

  • Proces: er kan slechts één communicatie van deze template aangemaakt worden binnen de scope van het proces. Als het proces meerdere keren herhaald wordt binnen het dossier kan je dus wel verschillende communicaties (elk met eigen versionering) hebben.

  • Task: er kan slechts één communicatie van deze template aangemaakt worden binnen de scope van de taak. Als de taak meerdere keren herhaald wordt binnen het proces kan je dus wel verschillende communicaties (elk met eigen versionering) hebben.

Read-only

Boolean (ja of nee). Uitgeschakeld houden als je wil dat de gebruiker bewerkingen kan uitvoeren. Inschakelen als je niet wil dat de gebruiker bewerkingen uitvoert.

Label indienknop

Tekst die verschijnt op de indienknop van de communicatietaak. Maak de tekst zo kort, beschrijvend en gebruiksvriendelijk mogelijk.

Gebruikerstaak - Bevestiging (template)

Eigenschap

Beschrijving

Popup bijkomende tekst

Heldere en gebruiksvriendelijke tekst die wordt weergegeven in de popup voor bevestiging.

Hier wordt het veld ‘Element documentation’ voor gebruikt.

Select (enkel bij selectietaak, zie bulktaken)

Voeg een input parameter toe onder het tabblad Geavanceerd > Input/Output en configureer als volgt:

  • Name: select

  • Type: string or expression

  • Value: ${zoekDefinitie1} (key van de zoekdefinitie)

Dit zorgt ervoor dat de bevestigingstaak gevisualiseerd wordt als een selectietaak waarbij de selectielijst bepaald wordt door de geconfigureerde zoekdefinitie.

Servicetaak templates

In Studio kan je een specifieke template voor je servicetaak selecteren. Zie ook de Element template eigenschap. Je krijgt de keuze uit meerdere services en functies die zijn ingebouwd in het Skryv platform (bijvoorbeeld connecteren met authentieke overheidsbronnen). Als je een optie selecteert, worden andere eigenschappen zichtbaar die je ook moet invullen. Zie de tabellen hieronder voor een gedetailleerd overzicht.

Standaard dossieractie

Anonimiseer dossier

Deze servicetaak template voert de anonymisatiefunctie uit binnen de scope van het dossier.

Eigenschap

Beschrijving

Processen

Keys van de extra workflows die wil anonimiseren, d.w.z. verwijderen van de procesvariabelen.

Bijlage verwijderen

Het gaat om een ‘soft deletion’. Zie ook de sectie omtrent bijlages verwijderen.

Eigenschap

Beschrijving

Bijlage Id

Id van de bijlage die je wil verwijderen. Deze kan je dynamisch ophalen via een specifieke Skryv-functie.

Bericht

Notitie met uitleg over de verwijdering.

Document toevoegen aan frontoffice

Je kan een bijlage, communicatie of formulier toevoegen aan de frontoffice downloadzone.

Eigenschap

Beschrijving

Documenttype

Selecteer het gewenste type document. Op basis van je selectie moeten specifieke eigenschappen worden ingevuld.

  • Formulier

  • Communicatie

  • Bijlage

Formuliernaam

Alleen als Formulier is geselecteerd in Documenttype. Selecteer een formulier uit de keuzelijst.

Communication template

Alleen als Communicatie is geselecteerd in Documenttype. Selecteer een communicatietemplate uit de vervolgkeuzelijst.

Nieuwe communicatie genereren

Alleen als Communicatie is geselecteerd in Documenttype. Selecteer een communicatietemplate uit de vervolgkeuzelijst. Indien ingeschakeld, wordt een nieuwe versie van de communicatie gegenereerd alvorens deze in de FO komt. Indien niet ingeschakeld, wordt de reeds bestaande versie van de communicatie genomen. Opmerking: als er nog geen versie is, dan maakt het niet uit of de knop in- of uitgeschakeld staat. De service taak zal een eerste versie aanmaken en in de FO plaatsen.

Type bijlage

Alleen als Bijlage is geselecteerd in Documenttype. Selecteer de bron van de bijlage uit de vervolgkeuzelijst.

  • Formulier: kies een formulier en selecteer dan het gewenste bijlageveld (veld waarin een gebruiker een bijlage kan uploaden).

  • Bijlage ID: selecteer hier de procesvariabele waarin je de ID hebt opgeslagen. Deze ID verwijst naar een externe bijlage. Bijvoorbeeld voor eSignFlow document kan dat ${signedAttachment.id} zijn.

Naam document

Naam van het document dat zichtbaar zal zijn in de frontoffice.

Bestandsnaam

Naam van het bestand als de gebruiker het downloadt vanuit de frontoffice. Je kunt ook een expressie definiëren die dynamisch de naam van het bestand samenstelt op basis van een aantal invoerparameters. Bouw je expressie rechtstreeks in het invoerveld of klik op het functionicon.png functie icoon om gebruik te maken van de ingebouwde expressiebouwer.

Dossier indienen

Gebruik deze template om van een concept dossier een ingediend dossier te maken. De functionaliteit conceptdossiers moet je inschakelen in de dossiertype instellingen.

Eigenschap

Beschrijving

Geen instellingen nodig.

Geen instellingen nodig.

Kopieer inloggevens naar formulier

Gebruik deze template om de gegevens van de ingelogde frontoffice gebruiker op te halen en weg te schrijven naar het aanvraagformulier. Op die manier hoeft de gebruiker zijn of haar gegevens niet meer zelf in te vullen. Onderstaande worfklow toont een typische configuratie. Het proces kan zowel vanuit de frontoffice als de backoffice opgestart worden. Bij opstart vanuit de backoffice geeft de dossierbehandelaar als eerste stap het rijksregisternummer van de burger in.

image-20250116-160936.png

Eigenschap

Beschrijving

Formulier key

Selecteer uit de dropdown het formulier waar je de inloggevens naartoe wil kopiëren.

Inloggegevens velden

Voor elke eigenschap kan je nu de mapping doen. Gebruik hiervoor de dropdown lijsten. Eigenschappen: voornaam, achternaam, rijksregisternummer, ondernemingsnummer, ondernemingsnaam, organisatiecode, organisatienaam, verenigingscode (V-code).

Trek toegang tot frontoffice in

Documentatie volgt.

Verleen toegang tot frontoffice

Documentatie volgt.

Verzend mail

Gebruik deze template om automatisch e-mails en notificaties te versturen vanuit de applicatie. Voorwaarde is dat deze gekoppeld is aan een e-mailservice zoals SendGrid.

Eigenschap

Beschrijving

Ontvangers

E-mailadres of komma-gesepareerde lijst van e-mailadressen. Meestal wordt via expressie dynamisch een e-mailadres opgehaald uit een formulierveld. Bouw de expressie via het functionicon.png functie icoon (expressiebouwer).

Onderwerp

Onderwerp van de e-mail.

Template

Selecteer een template voor de e-mail uit de lijst.

Bijlage naam

Naam van de bijlage (indien aanwezig). Voeg extensie .pdf toe aan de naam.

Communicatie id bijlage

Id van het document dat je als bijlage wilt versturen (indien aanwezig). De waarde wordt meestal aangeroepen vanuit een procesvariabele die is aangemaakt in een vorig taakelement.

Externe connector

Dosis - Verzend statusupdate

Documentatie volgt.

Gipod - Bevestig evenement

Documentatie volgt.

Gipod - Register public domain occupation

Documentatie volgt.

Gipod - Registreer evenement

Documentatie volgt.

Gipod - Verwijder evenement

Documentatie volgt.

Magda - documentendienst - controleer of eBox actief is voor burger

Documentatie volgt.

Magda - documentendienst - controleer of eBox actief is voor onderneming

Documentatie volgt.

Magda - documentendienst - haal verzendstatus op voor eBox

Documentatie volgt.

Magda - documentendienst - haal verzendstatus op voor papier

Documentatie volgt.

Magda - documentatiedienst - verstuur documenten

Documentatie volgt.

Magda - geefOnderneming - haal ondernemingsgegevens op

Documentatie volgt.

Magda - geefPersoon - haal persoonsgegevens op

Om hiermee te werken, moet je geabonneerd zijn op de Magda service van de Vlaamse Overheid, en moet je de connector activeren op applicatieniveau. Klik hier voor meer info over connectoren.

Eigenschap

Beschrijving

Rijksregister-nummer

Rijksregisternummer van de persoon voor wie je de gegevens wil opvragen bij Magda GeefPersoon. Deze kan je via een workflow expressie ophalen uit een formulierveld of procesvariabele.

Formulier key

Selecteer uit de dropdown het formulier waar je de gegevens komende vanuit Magda GeefPersoon naartoe wil kopiëren.

Magda GeefPersoon velden

Voor elke eigenschap kan je nu de mapping doen. Gebruik hiervoor de dropdown lijsten. Eigenschappen: voornaam, achternaam, adres (straat, huisnummer postcode, gemeente).

Magda - mobility service

Documentatie volgt.

Spotbooking - annuleer aanvraag

Documentatie volgt.

Spotbooking - valideer aanvraag

Documentatie volgt.

Verenigingsbeheer - haal verenigingsgegevens op

Documentatie volgt.

Expressie

Schrijf een expressie

Je kan een workflow expressie bouwen en laten uitvoeren. Kijk hier voor meer informatie en een overzicht van de syntax.

Eigenschap

Beschrijving

Expressie

Bouw je aangepaste expressie in JUEL.

Resultaatvariabele

Key van de procesvariabele waarin de resulterende waarde van de expressie wordt opgeslagen. Een procesvariabele kan worden aangeroepen binnen het volledige bereik van het proces via ${naamResultaatvariabele}.

Business rule decision task

Business decision rule task - Algemeen

Eigenschap

Beschrijving

Element template

Keuze tussen beslissing of untyped. Als je een optie selecteert, worden andere eigenschappen zichtbaar die ook ingevuld moeten worden. Zie de tabellen hieronder voor een gedetailleerd overzicht.

Business decision rule task (zonder Skryv template)

Eigenschap

Beschrijving

Implementation

  • Expressie

  • DMN: gebruik beslissingstabel volgens de DMN (Decision Model & Notation) standaard.

  • Extern

Decision Ref

Key van de beslissingstabel die je wilt koppelen.

Binding

Bepaalt welke versie van de beslissingstabel (DMN) wordt aangeroepen.

  • Latest: roept altijd de nieuwste versie van de DMN op.

  • Deployment: roept de DMN-versie aan die is uitgerold samen met de BPMN-procesversie van waaruit de DMN wordt aangeroepen.

  • Version: roept een specifieke versie van het DMN aan. Geef in dit geval de versie op.

  • Version tag: roept een specifieke versie van het DMN aan op basis van de version tag. Geef in dit geval de version tag op.

Tenant Id

By default niet invullen.

Result variable

Kies een naam voor de procesvariabele waarin je de output van de business rule task wilt opslaan.

Map decision result

Structuur van de uitvoer in de Result variable.

  • Single entry (typed value), bijvoorbeeld “valueA”.

  • Single result (map <String,Object>), bijv. {“naam”:“John”,”leeftijd”:30}.

  • Collect entries (list <Object>), bijv. [“valueA”,“valueB”,“valueC”].

  • Result list (list <Map<String,Object>>), bijv. [{“naam”:“John”,“leeftijd”:30},{“naam”:”Margeret”,”leeftijd”:25},{“naam”:”Charles”,”leeftijd:28}].

Business decision rule task - Beslissing (Skryv template)

Eigenschap

Beschrijving

Naam beslissingstabel

Key van de beslissingstabel die je wilt koppelen. Je kan er ook voor kiezen om van hieruit een nieuwe beslissingstabel aan te maken via de knop + Nieuwe beslissingstabel.

Result form

Key van het formulier waarin de resultaten van de business decision task worden opgeslagen. Belangrijk: keys en datatypes van de formuliervelden moeten overeenkomen met de uitvoerkolommen van de beslissingstabel.

Message send task

Eigenschap

Beschrijving

Implementation

Standaard vul je hier Expression in.

Expression

Hier voe je een expressie toe die de message aanmaakt en uitstuurt. Deze kan je aanmaken via de workflow expressiebouwer.

${runtimeService.createMessageCorrelation('jouwMessage').processInstanceBusinessKey(execution.processBusinessKey).correlate()}

De message met key ‘jouwMessage' kan nu opgevangen worden binnen de scope van dezelfde procesinstantie (bijvoorbeeld door een message receive task of een message catch event).

Message receive task

Eigenschap

Beschrijving

Global message referenced

Dit is de key van de message die moet opgevangen worden.

Bijvoorbeeld jouwMessage (zie message send task hierboven).

Global message name

Dit is de naam van de message die moet opgevangen worden.

Script task

Eigenschap

Beschrijving

Script format

JavaScript

Script Type

Inline script of external resource

Script

Vul hier het script zelf in.

Task markers

Parallel multi-instance

Enkel van toepassing als de task marker parallel multi-instance is ingeschakeld. Parallel betekent dat alle taakinstanties tegelijkertijd worden aangemaakt en ter beschikking gesteld.

Eigenschap

Beschrijving

Loop cardinality

Aantal taakinstanties die aangemaakt moeten worden. Vul hier een positieve integer value in (bijvoorbeeld 7) of een expressie die evalueert naar een positieve integer value (bijvoorbeeld ${totalNumberOfGuests - numberOfCancelledGuests}).

Gebruik ofwel loop cardinality, ofwel collection.

Collection

Als input parameter gedefinieerde lijst of lijst-map. Voor ieder item in de opgegeven collectie wordt een aparte taakinstantie aangemaakt.

Gebruik ofwel loop cardinality, ofwel collection.

Element variable

Gebruikt in combinatie met de Collection eigenschap. In elke taakinstantie wordt het actueel geselecteerd item binnen de collectie beschikbaar onder de variabele die je hier declareert.

Bijvoorbeeld, je lijst is ['Paul','Maria','Jozef'] en onder element variabele geef je naam op. Dan zal binnen de eerste taakinstantie de waarde ‘Paul’ beschikbaar zijn onder de variabele naam, binnen de tweede taakinstantie zal naam dan weer de waarde ‘Maria’ bevatten, enzovoort.

Completion condition

Standaard worden er zoveel taakinstanties aangemaakt als opgegeven onder loop cardinality, of als er zich items in de collectie bevinden. Het is echter mogelijk om aangemaakte taakinstanties vroegtijdig te verwijderen. Dit gebeurt via de completion condition.

Bijvoorbeeld, onderstaande conditie verwijdert alle nog openstaande taakinstanties van zodra 60% van alle taakinstanties afgewerkt zijn.

${nrOfCompletedInstances/nrOfInstances >= 0.6}

Zie proces > taakeigenschappen voor meer uitleg over de in de expressie gebruikte variabelen.

Multi instance asynchronous before

Bij geautomatiseerde taken (bijvoorbeeld servictaken) kan je ervoor kiezen om asynchroniciteit in te bouwen. Zie documentatie rond asynchroniciteit.

Opmerking: gebruikerstaken zorgen sowieso voor asynchroniciteit.

Multi instance asynchronous after

Bij geautomatiseerde taken (bijvoorbeeld servictaken) kan je ervoor kiezen om asynchroniciteit in te bouwen. Zie documentatie rond asynchroniciteit.

Opmerking: gebruikerstaken zorgen sowieso voor asynchroniciteit.

Voor extra info, check deze pagina in de Camunda 7 documentatie.

Sequential multi-instance

Enkel van toepassing als de task marker sequential multi-instance is ingeschakeld. Sequential betekent dat taakinstanties één na één aangemaakt en ter beschikking worden gesteld. De tweede taak kan er pas komen nadat de eerste is afgewerkt.

Voor alle eigenschappen: zie parallel multi-instance hierboven.

Voor extra info, check deze pagina in de Camunda 7 documentatie.

Loop

Niet ondersteund door de workflow engine.

Voor extra info, check deze pagina in de Camunda 7 documentatie.

JavaScript errors detected

Please note, these errors can depend on your browser setup.

If this problem persists, please contact our support.